De vijf hindernissen
De vijf hindernissen zijn belemmerende mentale patronen die kunnen opkomen tijdens de beoefening van mindfulness. Ze kunnen de helderheid van de geest verstoren en de vooruitgang belemmeren. De vijf hindernissen zijn:
1. Verlangen (begeerte): Een sterke hechting aan plezierige ervaringen of het streven naar iets anders dan wat er op dit moment is. Het kan leiden tot ontevredenheid en rusteloosheid.
2. Aversie (afkeer): Een negatieve reactie op onplezierige ervaringen, het verzetten tegen wat er op dit moment is. Het kan leiden tot frustratie, irritatie en boosheid.
3. Traagheid (slaperigheid): Een staat van lusteloosheid, slaperigheid of sufheid. Het kan de alertheid en helderheid van de geest verminderen.
4. Rusteloosheid (onrust): Een onrustige, opgewonden of rusteloze geest die moeite heeft om stil te worden. Het kan gepaard gaan met een constant gevoel van activiteit en het moeilijk kunnen ontspannen.
5. Twijfel: Een onzekerheid, aarzeling of gebrek aan vertrouwen in de beoefening van mindfulness of in je eigen capaciteiten. Het kan leiden tot verwarring en stagnatie.
Deze hindernissen zijn normaal en komen vaak voor tijdens mindfulness-beoefening. Ze worden beschouwd als kansen voor groei en inzicht. Door ze op te merken en er bewust van te zijn, kun je ze erkennen en ermee omgaan, waardoor je de beoefening van mindfulness kunt verdiepen.